Gepubliceerd 04-01-1995
Afgraving deel Soester ’t Hoogt ( zie ook 1995-05-03)
De foto die u kort voor Kerstmis op deze plek hebt kunnen zien, toonde een stuk afgraving van ‘de Bult’, oftewel Soester Hoogt, ten bate van een betere verbinding tussen Soesterberg en Soest. De afgraving gebeurde omstreeks 1933 en betekende de zoveelste poging de ‘Bergers’beter te integreren in de gemeente waar ze al zo lang een onderdeel van vormden. Aangezien we geen lezers aan de lijn hebben gekregen over dit alles, moeten we het doen met wat de gebroeders Top hebben geschreven in hun prachtige boek ‘Soesterberg van toen en nu’, dat een paar jaar geleden is verschenen.
Enkele citaten. “Soesterberg krijgt in de loop der jaren steeds betere verbindingen met Utrecht, Zeist en Amersfoort. Met Soest blijft de verbinding uitgesproken slecht. De ‘bult’ is nog een extra barriere. Vandaar dat de Soesterbergers veel meer op de omliggende gemeenten zijn georiënteerd dan op Soest”.
Dit, ondanks het feit dat er al een eeuw geleden geld beschikbaar was gesteld om deze weg te verbeteren. Daarmee werd destijds gewacht tot het voor jaar van 1890 vanwege het die zomer ervóór te verwachten transport van honderden tonnen aan ijzeren buizen van station Soestduinen ( toen halte Soesterberg geheten) naar Soesterberg. De wegbeheerders kregen het advies de route zolang ‘dik onder het zand’ te houden.
In maart 1902 besluit de gemeente de verbinding tussen Soest en Soesterberg ‘hard’ te maken en er worden 31.500 straatklinkers besteld a f. 17,55 per 1000. Desondanks blijft de weg een moeilijk te nemen hindernis. De Tops geven als voorbeeld de problemen van Gijs Stalenberg uit Soesterberg, die in Eemnes een stuk weiland heeft waar hij hooide. Dat hooi moest met paard en wagen worden opgehaald. “Zakken de wielen onverhoopt weg in de zachte berm, dan moet de hoog opgetaste wagen geheel leeg gehaald worden. Van het paard wordt het uiterste gevergd om boven te komen, maar de afdaling geeft nog meer problemen. Om het gevaarte te remmen wordt een soort slee achter de kar gebonden. Zakken worden gevuld met zand en op de slee gestapeld. Heel behoedzaam begint dan de afdaling. In de winter bij sneeuw en ijs blijft ’t Hoogt onbegaanbaar”.
In de jaren dertig werd het probleem wat ingrijpender aangepakt en de hoogte minder hoog gemaakt. Weer tientallen jaren later kreeg de weg, die inmiddels Banningstraat en Veldmaarschalk Montgomeryweg had geheten en nu bekend staat als de Van Weerden Poelmanweg, een meer oostelijk verloop: de startbaan moest worden verlengd om de moderne, snellere vliegtuigen te kunnen blijven ontvangen. Wie ter plekke een beetje oplet, kan echter nog altijd zien hoe de route vroeger is geweest. Wellicht is er nog wel een spoor van de zweetdruppels die vroeger op ‘de Bult’ zijn gevallen!
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest