Gepubliceerd 24-05-1995
Pension Dennenhof – later genaamd De Boschvijver
Er was een speeltin, een badkamer, een garage en het was gelegen bij ‘vrije bossen, heide en duinen’. Verder beschikte het nog over ‘een schitterend terras, lommerrijke achtertuinen met heerlijke zitjes tussen de dennen, en prima keuken. Was getekend J. Speerstra.
Dat was, in 1934 pension Dennenhof, Soesterbergsestraat 107. De foto, die eind maart in deze rubriek stond afgebeeld, toont ook een vijver die Jouke Speerstra eigenhandig voor zijn pension had gegraven. Dike vijver zou het pension ( hotel-pension was het toen al) in 1936 zijn volgende naam geven: de Boschvijver. Maar voor het zo ver was had het gebouw al het een en ander achter de rug.
Het verhaal begint wat ons betreft in 1921. De Hildebrandlaan was nog niet aangelegd en dit stuk van de Soesterbergsestraat bestond nog volledig uit dennenbos en ‘dries’, braakliggende grond. Op het terrein, groot ruim 3000 m2, en voorzien van huisnummer 31, verrees een villa voor ene Petrus Groenevelt uit Amersfoort, bankier. Groenevelt heeft het er niet lang uitgehouden ( bijna niemand trouwens) en in 1925 werd Willem van Meggelen de nieuwe eigenaar.
Van Meggelen had als beroep: fabrikant koopman, wat er in de praktijk op neerkwam dat hij aan de Soesterbergsestraat een timmerfabriek vestigde en vooral deuren maakte. Het duurde nauwelijks drie jaar, want in 1928 kwam jhr. Hoyte de Tanitz er wonen. De Ranitz was een ondernemend man die eerder al een kippenfokkerij had gehad. Hij begon de teelt van angorakonijnen, die sterk in de mode waren, kweekte er cactussen en in kassen nog zo het een en ander.; Drie jaar later was ook deze periode voorbij en via een Christiaan Lindstroom kwam het pand in handen van de Fries Jouke Speerstra. Niet allen groef Speerstra een vijver, hij bouwde het geheel om tot het pension, met o.m. een keuken die nog steeds door vroegere gasten wordt geroemd. Mijn zijn zoon die de hotelschool had gevolgd, runde hij de Boschvijver. Ook in de oorlogsjaren met uitzondering van een periode waarin het hotel gevorderd isgeweest en de Soesterbergsestraat voor vrijwel iedereen was afgesloten. Speerstra zelf werd tweemaal door de Duitsers opgepakt. De bevrijding bracht allerlei geallieerde militairen als inwoners, later vooral Amerikanen. Maar de Speerstra’s waren er toen al niet meer, die hadden de Boschvijver verruild voor het bekende hotel-restaurant Jan Tabak in Bussum.
Aan de Soesterbergsestraat had L.F.J. van den Brink de leiding gekregen, wat tot in de jaren vijftig zo zou blijven . De volgende eigenaars waren het echtpaar Van derSommen-de Jong. Zij hebben o.m. de staf van het Amerikaanse luchtmachtsquadron gehuisvest en later nogal wat ‘lagere’ Amerikanen van de basis. Het hotel omvatte in die jaren zo’n tien kamers, plus nog twee ‘beneden’. De vijver had inmiddels plaatsgemaakt voor parkeerruimte. Toen Van der Sommen in 1976 kwam te overlijden moest er een geschikte opvolger worden gezocht. Uiteindelijk werd dat de heer Krijnen uit Amersfoort, die echter de exploitatie van het pand overdeed aan R. van Beek. Dat was in 1984. Roel van Beek noemde zijn restaurant Grande Bouffe en het draaide goed. Tot op 19 februari 1991 het noodlot toesloeg en het hele restaurant afbrandde zonder dat de verzekering gekoppeld was aan een herbouwplicht. Het betekende het einde van restaurant La Grande Bouffe. Nu ruim vier jaar later ligt het terrein aan de Soesterbergsestraat er nog steeds kaal bij. Eigenaar Krijnen, in de vorm van beleggingsmaatschappij Koha Beheer B.V. is in onderhandeling met een projectontwikkelaar. Gedacht wordt aan woonhuizen, villa’s maar ‘er spelen nog allerlei aspecten een rol’.
Er komt stellig een vervolg op het verhaal over de Bosvijver, maar u zult nog even geduld moeten hebben.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest